Uitgangspunten begroting 2018 en meerjarenraming
Algemeen
De uitgangspositie voor de begroting 2018 en de meerjarenraming 2019-2021 is voor een belangrijk deel reeds opgenomen in de voorjaarsnota 2017 die op 27 juni door de raad is behandeld. Daarnaast bevat de meicirculaire gemeentefonds een aantal uitgangspunten voor de begroting waaronder het toe te passen inflatiepercentage.
Aantallen inwoners en woningen
In de meerjarenbegroting nemen het inwoneraantal en het aantal woonruimten toe vanwege de uitbreidingswijken Geerpark, De Grassen en Dillenburg. Deze leiden tot een jaarlijkse groei in de toekomstige jaren op basis van de gefaseerde woningbouwplanning op deze locaties.
Afschrijving ineens
Met ingang van 2008 wordt de ‘bestemmingsreserve kapitaallasten’ ingezet voor investeringen met economisch nut die een grote maatschappelijke betekenis hebben.
Volgens de voorschriften moet op deze investeringen worden afgeschreven en ontstaan er daardoor kapitaallasten. Deze kapitaallasten worden gedekt door (via winstbestemming) te beschikken over de genoemde ‘bestemmingsreserve kapitaallasten’. Door de gewijzigde BBV regelgeving per 1-1-2017 moeten nieuwe investeringen met een maatschappelijk nut ook worden geactiveerd. Tot op heden was het mogelijk om de lasten ineens te nemen in het jaar van investeren (bijv. door een dekking uit een reserve). Om de vergelijkbaarheid tussen gemeenten te vergroten, worden vanaf 2017 zowel investeringen met een economisch nut als investeringen met een maatschappelijk nut geactiveerd.
Rente financieringsmiddelen
In deze begroting is rekening gehouden met 1,5% voor het aantrekken van vaste geldleningen, indien de financieringsbehoefte groter is dan de kasgeldnorm. Tot het bedrag van de kasgeldnorm wordt gewerkt met dag- of kasgeld. Wij gaan er van uit, dat de vergoeding voor dit korte geld gemiddeld 1,0% zal bedragen. De interne rekenrente is verlaagd van 2,5% naar 2%.
Kapitaallasten investeringen
Conform wettelijk voorschrift worden de kapitaallasten tot het volle bedrag in de begroting opgenomen. Het uitgangspunt is dat investeringen op lange termijn gedekt moeten zijn in de begroting waarbij het moment van het ramen van de lasten gekoppeld wordt aan de feitelijke beschikbaarstelling van het krediet door de raad.
Salarisontwikkeling
Wat betreft salariskosten houden we rekening met een incidentele verhoging van een half procent met ingang van 2018 voortvloeiend uit reguliere salarisafspraken (bijv. periodieke verhogingen). Daarnaast is de nieuwe CAO gemeente die in 2017 is vastgesteld verwerkt.
Loon en prijsontwikkeling
Op basis van de meicirculaire gemeentefonds is een prijsindexatie opgenomen van 1,4%.
De budgetsubsidies worden jaarlijks geïndexeerd. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de subsidiecomponent voor personeelskosten en de overige subsidiecomponenten. Voor de overige subsidiecomponenten geldt het algemene indexcijfer dat toegepast wordt in de gemeentebegroting. In de component ‘personeel’ wordt rekening gehouden met de verwachte loonontwikkeling. Voor deze indexering wordt aangesloten bij de gemiddelde CBS-index voor CAO-lonen in de gesubsidieerde sector. Bij het ramen van de subsidies op grond van de subsidienota is voor de budgetsubsidies uitgegaan van 25% bureau- en uitvoeringskosten en 75% salariskosten.
Tarievenbeleid
Bij de dienstverleningen, zoals afvalstoffenheffing, het rioolrecht, de leges, rechten en marktgelden streeft de gemeente naar een kostendekkend niveau.
Voor de Onroerende zaakbelasting zal het tarief (uitgedrukt in een percentage van de waarde van het onroerend goed) zodanig worden aangepast dat een opbrengststijging wordt gerealiseerd met inachtneming van de vastgestelde verhoging voor 2018 van 5% en een inflatiecorrectie van 1,4%. Dit is de laatste verhoging.
Ten aanzien van de leges, rioolrecht en begraafrechten zullen de tarieven met de inflatiecorrectie van 1,4% worden verhoogd. De tarieven voor hondenbelasting en toeristenbelasting blijven ten opzichte van 2017 ongewijzigd.
Het tarief van de afvalstoffenheffing is verhoogd, omdat de egalisatiereserve afvalstoffenheffing een negatief saldo vertoont. Zowel het vastrecht als het variabel tarief voor de inworpen in de ondergrondse containers voor restafval worden verhoogd.
SCHEMATISCH OVERZICHT UITGANGSPUNTEN BEGROTING 2018
1. | Aantal inwoners | 1 januari 2018: | 43.800 |
2. | Aantal geschatte | 1 januari 2018: | 18.300 |
3. | Rentepercentage voor nieuwe investeringen | 2,0% | |
4. | Rentepercentage | Tot de kasgeldlimiet | 1,0% |
5. | Loon- en prijscom-pensatie | Prijsstijging 2018 (stelpost, cf. norm alg. uitkering) | 1,4% |
6. | Tariefswijzigingen | Hondenbelasting | 0% |
7. | OZB | Toename opbrengst met 5% t.o.v. de verwachte opbrengst 2017. Dit komt overeen met een verhoging van € 375.000. Daarnaast wordt de inflatiecorrectie van 1,4% toegepast. Inzake het ozb tarief wordt verwezen naar de toelichting op voorgaande pagina onder ‘Tarievenbeleid’ alsmede naar het raadsvoorstel betreffende leges en tarieven voor het jaar 2018. |